top of page
Foto van schrijverLies Lambert

Het ondertussen - 1 - Saskia aan Philippe

Saskia Vandeputte aan Philippe Vandenbroeck



Beste Philippe


Ik mag de spits afbijten van deze brievenblog. Het voelt als een eer en een opgave tegelijk. Gezond spannend, zo zou ik het omschrijven. Ik heb stress gevoeld, een soort angst voor een writer’s block. En dat terwijl de woorden normaliter vlot uit mijn pen stromen. Net toen ik vreesde dat mijn gedachten zouden blokkeren, rolden de associaties uit mijn hoofd op papier. Oef.


Laat ik beginnen met een bekentenis: ik heb een dubbele verhouding met Het Ondertussen. Enerzijds koester ik die liminale fase, de tijd tussen 'niet meer' en 'nog niet', de tussentijd waarin je niet meer het oude, en ook nog niet helemaal het nieuwe bent. Zoals je weet, ben ik momenteel in een sabbatperiode. Ik vind het heerlijk en wonderlijk om te voelen hoe ik vervel tot een volgende versie van mezelf. Het wakkert mijn curiositeit aan, te weten dat ik hier anders uit zal komen dan hoe ik eraan begonnen ben. Anderzijds geeft het mij ook ongemak. ‘Overgangstijd’ doet me twijfelen, piekeren en onzeker worden. Is het het 'nog niet' dat mij ongemakkelijk maakt? Het is een vorm van discomfort die ik moeilijk kan uitleggen. Alsof ik nog geen nieuwe identiteit heb waaraan ik mezelf kan ophangen. Alsof ik vooral ‘nog niet’ ben. Maar wat ben je dan? Ik ben onderweg, en ik weet nog niet naar waar.


Terwijl ik in stukken en brokken schrijf, trein ik van Leuven naar Padborg in Denemarken. Ik ben tien uur onderweg. Confronterend. Ik ben het niet meer gewoon om rond te hangen in een station en niets te doen te hebben. Dus zit ik hier maar, onhandig, ongemakkelijk, onwezenlijk op een bankje. Te kijken. Ik ben het verleerd om onderweg te zijn en om te wachten. Daar is niks productiefs aan. Zit daar het ongemak? Dat we - onderweg van A naar B - weinig productief zijn? En dat 'iets produceren' toch o zo belangrijk is in onze tijd, in onze contreien? Het geeft ons bestaansrecht, status, en een zeker gemak.


Nu bedenk ik me dat misschien net dát de functie is van zo’n liminale fase: het op de proef stellen van onze ongemaksdulding. Prachtig woord vind ik dat. Het doelt op het kunnen omgaan met 'nog niet'. Nog niet weten, nog niet kunnen, nog niet zijn. Die liminale fase daagt onze tolerantie uit voor onwetendheid, onzekerheid, onkunde, onwennigheid. Lastig vind ik dat. Het doet me denken aan mijn zoon van zes. Hij wilt voorlopig niet mee op kamp met de jeugdbeweging. Ik wil hem niet pushen. En tegelijk voel ik dat zo'n kamp een soort van overgangsrite zou kunnen zijn: kleuter af, een echt lagereschoolkind. Maar het wringt, en zonder slag of stoot zal het niet gebeuren. Groot worden gaat altijd gepaard met wat pijn. Toch?


Intussen heb ik - onderweg naar Padborg - al vier foto’s naar het thuisfront gestuurd en een halve pagina vol geschreven. Dat biedt me blijkbaar houvast. Zou dat iets universeel zijn, dat we in die liminale fase grip zoeken? Alleszins heb ik in mijn sabbatperiode steun gezocht. Ik ben op zoek gegaan naar Meesters die schitterend 'holding space' hebben gedaan. (Het boek Holding space van Heather Plett staat nog op mijn leeslijstje.) Ooit schreef ik deze blog over hoe Meesters door 'er gewoon te zijn' je leven mee richting kunnen geven. Het vervellen was toen al begonnen. Het doet me deugd dat ook onze wegen af en toe ergens kruisen. Dankjewel daarvoor. Stuk voor stuk hebben die Meesters mij laten voelen dat het pad zich wel zou ontvouwen. Het is alsof ze mee stenen leggen om over de rivier te stappen, terwijl ik niet weet wat er aan de andere kant ligt. Dan vraag ik mij af: weten jullie, Meesters, dat? Of bouwen jullie gewoon mee samen aan de brug terwijl ik erover loop? Hoe

weet ik wanneer ik er ben? Zal ik dat voelen? Volgt er dan een ritueel dat me duidelijk dat ik in een andere fase ben beland? Ik hoop het... ik ben fan van rituelen.


Ik heb een hoofd vol vragen, zoals je merkt.


Ik praat over een kleine, persoonlijke liminale fase; het ondertussen met de kleine o. Ik weet dat jij ver en breed kijkt, in tijd en ruimte. Wat zie jij, als je met jouw bril kijkt? Wat merk je op in organisaties waarmee je werkt? Waar bevindt onze samenleving, onze wereld zich? Het voelt soms alsof we in zoveel chaos leven. Alsof we op zoveel vlakken in transitie zijn als organisaties, als samenleving en als planeet dat het nog moeilijk te bevatten valt. Of ben ik nu te pessimistisch?


Zo. Dat waren veel losse gedachten op een hoopje. Ik heb er geen grote namen bij gehaald. Mogelijk ken jij die wel, de dames en heren die rake woorden hebben voor Het Ondertussen? Ik ben dicht bij mezelf gebleven. De woorden stroomden uit mijn pen, maar kwamen uit mijn buik.


Benieuwd naar jouw gedachten hierbij, Van harte,

Saskia



6 november 2021






167 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


Post: Blog2 Post
bottom of page